De afleverstatussen in Transpas Enterprise geven een chronologisch overzicht van de levensloop van een order.
De chauffeur wil lossen op een adres, maar constateert dat de ontvanger niet aanwezig is. Voor de opvolging van deze constatering en de vastlegging van de bijbehorende afleverstatus zijn in Transpas Enterprise een aantal mogelijkheden:
In alle gevallen wordt er dus een afleverstatus gekoppeld aan de zending, of aan een bepaalde goederenregel/item. Deze afleverstatus kan er voor zorgen dat de zending in het opvolgscherm terecht komt voor afhandeling door de customer service. Als deze status niet apart afgehandeld hoeft te worden kan er ook direct een opvolgactie gestart, bijvoorbeeld het aanmaken van een nieuwe aflevering of retour die dan al dan niet gefactureerd moet worden.
Bij aankomst op het crossdock wordt geconstateerd dat de zending beschadigd is. De crossdock medewerker kan met een crossdock scan vastleggen wat er aan de hand is en op de zending wordt een afleverstatus vastgelegd. De customer service kan contact met de klant opnemen en de verdere afhandeling van deze schade op zich nemen.
Bij het laden van de auto op het crossdock wordt geconstateerd dat van de 3 pallets er slechts 2 aanwezig zijn. Door een afleverstatus op de zending kun je dit vastleggen. De customer service kan vervolgens bepalen wat er moet gebeuren, na overleg met de klant.